IT BLOED WURDT MY SÛPE

Door Wolter Jongsma

12-04-13
De Twee Kastelen 2
1622
Philidor 5
1426
1.
Leffert Nicolai
1837
Ivo Hubers
1558
1
0
2.
Derk Schuttel
1758
Pieter Ploeger
1596
½
½
3.
Aiso Lycklema a Nijholt
1677
Marten van der Laan
1402
1
0
4.
Wiebe van der Velde
1457
Wolter Jongsma
1410
½
½
5.
Bartele Bosma
1598
Jesper van Bon
1310
1
0
6.
Jan Bergmans
1525
Sytze Faber
1441
½
½
7.
Melle Bosma
1652
Alex de Haan
1359
1
0
8.
Fopke Douma
1476
Jan Miedema
1333
1
0

Op vrijdag 12 april stond de match TDK 2 - Philidor 5 op het programma. Het werd een strijd van 10 tegen 8, Op de website van de thuisclub is te lezen:

DTK 2 verplettert Philidor 5 met 6,5-1,5.
Zo te zie zijn ze daar zeer trots op.

Ik zal verslag doen wat er zich op en rond bord 4 (mijn bord) afspeelde. Om acht uur werden we welkom geheten. De arbiter liep langs de borden om te controleren of alle klokken goed waren ingesteld.
In de Regels van het schaakspel wordt er vanuit gegaan dat arbiters over de vereiste bekwaamheid beschikken, een goed beoordelingsvermogen hebben en volstrekt objectief zijn. Zo te beoordelen begon de arbiter voortvarend aan zijn taak.
Mijn tegenstander investeerde veel tijd in zijn partij, en had bij de tijdcontrole ruim 45 minuten dan ik. De arbiter was op dit moment in geen velden of wegen te bekennen. Ik heb toen zelf actie ondernomen om de klok klaar te maken voor de laatste fase van de partij. De eerste die ik vroeg wilde dit niet doen, de twee wist niet wat de bedoeling was, en de derde kon met enige hulp het karwei klaren.
Toen de klok weer in werking was gesteld, bood de DTK speler remise aan, maar daar ging ik niet op in; ik wilde nog even doorspelen. De speler van DTK bleef veel tijd investeren in zijn zetten, maar hij had er geen rendement van. De vlag begon al te stijgen. Mijn tegenstander had geen plan meer en speelde alleen nog maar Koning d2-e3-d2.  Ik  ging met de Koning de koningsvleugel verkennen om te kijken of daar mogelijkheden waren, en toen riep een van de omstanders:
”Dit is remise”. Dit is in strijd was met de reglementen.


Artikel 13: De taak van de arbiter
13.7 a. Toeschouwers en spelers van andere partijen mogen niet praten over of zich bemoeien met een partij. De arbiter kan overtreders hiervan, zo nodig, uit het spelersgebied verwijderen. Als iemand een onregelmatigheid waarneemt dan mag hij alleen de arbiter daarop attenderen.

Ik keek om me heen waar de arbiter was. Die hoort altijd in de buurt te zijn als de spelers in tijdnood zijn.

13.3 De arbiter houdt de partijen in het oog, in het bijzonder als de spelers weinig
tijd hebben.

Een van de omstanders haalde de arbiter uit de naastgelegen ruimte. Ik beklaagde me erover dat mijn tegenspeler door de omstanders werd geholpen, en verzocht de arbiter om een passende maatregel. De arbiter wandelde daarop een beetje doelloos rond in het speellokaal, ging in conclaaf met de ordeverstoorder en voorzegger, kwam weer terug, en deelde met stemverheffing mee, dat hij de partij remise verklaarde, met als reden dat er met deze stelling geen winst meer in zat. Door dit handelen gaf hij te kennen niet gehinderd te worden door enige kennis van de reglementen.

Artikel 10: Versneld beëindigen
10.1 ‘Versneld beëindigen’ betreft de periode van een partij waarin alle (resterende)
zetten moeten worden gedaan in een beperkte tijd.
10.2 Als de aan zet zijnde speler minder dan twee minuten op zijn klok over heeft,
dan mag hij remise claimen voor zijn vlag valt. Hij moet de arbiter waarschuwen en mag de klokken stilzetten (zie artikel 6.12b).
a. Als de arbiter er mee instemt dat de tegenstander geen poging doet de partij op een normale manier te winnen, of dat het niet mogelijk is om op een normale manier te winnen, dan moet hij de partij remise verklaren.  Anders moet hij zijn beslissing uitstellen of de claim afwijzen.
b. Als de arbiter zijn beslissing uitstelt, dan kan aan de tegenstander twee minuten extra bedenktijd worden toegekend en moet de partij worden voortgezet, indien mogelijk in aanwezigheid van een arbiter. De arbiter
moet de definitieve uitslag later in de partij meedelen of zo snel mogelijk nadat er een vlag is gevallen. Hij moet de partij remise verklaren als hij ermee instemt te winnen, of dat de tegenstander niet voldoende geprobeerd heeft op een normale manier te winnen.
c. Als de arbiter de claim heeft afgewezen dan moet aan de tegenstander twee minuten extra bedenktijd toegekend worden.
d. De beslissing van de arbiter betreffende de artikelen 10.2a, 10.2b en 10.2c is definitief.

Als hij conform de regels had gehandeld, dan had hij op mijn klacht in moeten gaan. Aangezien de DTK speler werd voorgezegd, met nog maar zeer beperkte speeltijd, was het geen ondenkbare beslissing geweest, de partij voor hem verloren te verklaren.
Maar de arbiter ging helemaal niet in op mijn klacht, en verklaarde de partij remise op grond van het feit dat er vanuit deze stelling geen winst meer in zat, of dat ik geen winstpoging ondernam. Op grond van art 10.2 kan de aan zet zijnde speler die minder dan twee minuten op zijn klok over heeft, remise claimen voor zijn vlag valt. Hij moet de arbiter waarschuwen en mag de klokken stilzetten (zie artikel 6.12b). Maar de DTK speler heeft de klok niet stil gezet, de arbiter niet geroepen, en niets geclaimd.

13.1 De arbiter moet erop toezien dat de Regels voor het Schaakspel strikt worden
nageleefd.
13.6 De arbiter mag niet ingrijpen in een partij behalve in gevallen, beschreven in de
Regels voor het Schaakspel.

Gezien het bovenstaande was de juiste handelwijze van de arbiter de volgende geweest: hij had mijn klacht serieus moeten nemen (wat dus niet gebeurd is), en erop toe moeten zien dat de Regels voor het Schaakspel worden nageleefd.

Ik gaf te kennen het niet met de gang van zaken eens te zijn en wilde tegen de handelwijze van de arbiter in bezwaar gaan. Op verzoek van de teamcaptain heb ik dit niet gedaan.

Bovenstaande heeft er toe geleid dat dit een onvergetelijke avond is geworden. Op de site van DTK valt verder nog te lezen:

Het leek een prachtige overwinning te worden, maar een opmerking van Bartele over onsportief gedrag stak de lont in het kruitvat. Er werd geroepen om de scheidsrechter en Rick besliste in al zijn wijsheid dat de heer Jongsma onterecht doorspeelde en dat remise daarom de enige uitslag was.
Wiebe van de Velde, de man in vorm, bouwde een prachtige aanvalsstelling op, maar gebruikte erg veel tijd. Zwart kon de stelling gesloten houden en kreeg kansen op de damevleugel. Er werden stukken afgeruild en eigenlijk kon niemand meer winnen. De heer Jongsma probeerde Wiebe door de tijd te jagen, maar daar werd door een gezamenlijke actie van Bartle en Rick een stokje voor gestoken.(6 – 1)
Het ging tussen DTK 2 en Philidor 5 nergens meer om, maar zo'n grote overwinning hadden we toch niet verwacht.

Ik kan hier alleen maar aan toevoegen
“Dit Thuisfluiten Kan Niet”.