7.48'11:12-11-1847 &  DE KLUCHT VAN DE TAS EN DE JAS VAN BAS

Door Tjapko Struik

8-3-14

SOPSWEPS '29
2181
-
Philidor 1847 I
2215
2
-
8
1.
Geelen,M.G.(Michiel)
1985
-
Jong de,M.(Migchiel)
2383
0
-
1
2.
Bottema,T.P.(Tom)
2215
-
Maatman,N.M.(Nick)
2244
0
-
1
3.
Peek,M.H.J.(Marcel)
2361
-
Scholl,E.C.(Eddie)
2303
½
-
½
4.
Booij,J.(Johan)
2226
-
Struik,T.(Tjapko)
2294
½
-
½
5.
Wustefeld,E.M.F.(Emile)
2209
-
Heide van der,A.(Auke)
2108
0
-
1
6.
Heer de,M.(Machiel)
2216
-
Lijn van der,B.J.(Bas)
2261
½
-
½
7.
Webbink,H.D.(Dinand)
2250
-
Kamstra,J.A.(Jippe)
2092
0
-
1
8.
Smeele,F.G.M.(Frank)
2129
-
Lont,A.H.(Addy)
2240
0
-
1
9.
Roebers,J.S.(Jan)
2151
-
Jongsma,W.(Wietze)
2064
½
-
½
10.
Berg van den,J.J.(Jeroen)
2070
-
Hania,J.(Jan)
2157
0
-
1

 

Op een mooie zaterdagmiddag mogen wij aantreden tegen SOPSWEPS'29. We hebben een historie van een gelijkspel en enkele nederlagen, maar toch zijn de voortekenen gunstig. Zo heb ik mij na enig inlezen in de veronderstelling laten verkeren dat wij mentaal sterk in het voordeel zijn. Klinkt dit erg vaag en bijzonder weinig overtuigend? Laat ik mij dan wenden tot onze persoonlijke Philidorhistorie om mijn bewering kracht bij te zetten.

“[...] 's Avonds om 7 uur komt men opnieuw bijeen en wordt het concept-reglement na enige wijzigingen [en een hevige discussie van 48 minuten en 11 seconden] bij meerderheid van stemmen aangenomen”. Dit verhaal over de oprichting van de schaakclub Philidor op 12 november 1847 levert met niet eens al te veel vrije interpretatie – we gebruiken zonder enige reden de am/pm tijdsaanduiding en geven de bron van de duur van eerdergenoemde discussie niet prijs – toch een veel indrukwekkender palindroom op, te weten 7.48'11:12-11-1847, dan waar onze tegenstanders mee op de proppen kwamen bij hun oprichting op 29-2-'92. Maar ze hebben hun best gedaan, zo ook deze middag.

Bij toeval chronologisch de wedstrijd besprekende, beginnen we bij bord 1. Migchiel speelde met wit overtuigend tegen Michiel Geelen. De korte rochade werd verhinderd met een loper op a3. Toen zwart vervolgens koos voor de lange rochade, werd f7 zwak en ook de c-lijn ging open. De zwarte koning kon nog net op tijd in veiligheid worden gebracht, maar wel ten koste van een kwaliteit. Zonder enige compensatie was dat genoeg reden om het eerste punt te noteren.

Aangezien ik geen idee heb welke partij als tweede eindigde, ga ik de borden netjes af. Wel kan ik alvast melden dat het niet onze playing – ja, hij speelde echt mee – non-playing player Wietze was. Hoewel hij na zet 10 (klein voordeeltje) en zet 20 (aanzienlijk voordeel, geen zwaktes/risico's/etc) remise aanbood, heeft hij de hele middag moeten schaken. Zijn tegenstander schatte de kansen aan de andere borden nog negatiever in; dat was de enige mogelijke verklaring. Er zijn ergere omstandigheden denkbaar voor ons team, maar voor Wietze was het toch een teleurstelling.

Terug naar de orde van de dag: bord 2. Hier speelde Nick met zwart tegen Tom Bottema. Na vier zetten pakte hij een pion. De kenners van het schaakspel herkennen hierin wellicht het verschijnsel van een gambiet. Nick stond echter gewoon een pion voor. Dat hij strak ingesnoerd stond op de dame-vleugel is wel iets wat je voor lief moet nemen om deze bewoording te kunnen rechtvaardigen. Gelukkig wist hij hier een tijdelijk nadeel van te maken. Met een bevrijdend c6-c5 kwam de grote pion op b7 weer tot leven. Een kleine combinatie later was de stelling helemaal duidelijk: het tweede punt was binnen.

Zo onderhand komen we bij het slot van de middag – chronologisch althans – en we maken hier een opgave van. Eddie had een lange middag tegen Marcel Peek, maar wist met een iets actievere koning een pion te winnen in het paardeneindspel. Na enig duw en trekwerk ging er zelfs een tweede pion af, wat ons brengt tot het volgende diagram. Rekent u even mee?

Heeft u wél de beste voortzetting gevonden en het bijbehorende mat in 10 dat gedwongen volgt na h6-h7? Mijn woordkeuze verraadt wellicht al dat het in deze partij gebleven is bij een half puntje. Ondanks dat Eddie de winnende zet naar eigen zeggen in de vooruitberekeningen had meegenomen, kwam het er niet op het juiste moment uit. Merkwaardig, maar ik geloof hem op zijn woord en ben geneigd om het nieuwe tempo van de KNSB-wedstrijden als oorzaak aan te wijzen. Deze neiging is niet in de laatste plaats tot stand gekomen door het feit dat Eddie teamcaptain is en ik geen zin heb om de volgende ronde op bord 10 te spelen – of zelfs reserve te staan. Een mogelijk wat merkwaardige reactie, maar overtroffen door vaste invaller Wietze. Na het vervliegen van dit halve punt wist hij onze tegenstander na de wedstrijd uit te leggen dat, gezien de krachtsverhoudingen, de uitslag wat mager was. Dit onsympathieke gebaar is niet conform zijn gewoonten, maar aangezien het onze eerste overwinning betreft op SOPWEPS'29, mag je zo'n kans natuurlijk niet onbenut laten.

Zelf maakte ik op bord 4 een iets sympathieker gebaar tegen SOP-captain Johan Booij. Na een rustige opening leefde de vijandige pionnenstructuur in betere harmonie dan de mijne. Met een zwakte op c5 had ik mijn handen vol aan de verdediging, maar de witte activiteit kwam – gelukkig voor mij – net niet snel genoeg op gang om daar gebruik van te maken. Na een afwikkeling naar een toreneindspel bleef er weinig over van het voordeel en werd vrij snel de vrede getekend.

Op bord 5 zette Auke zorgvuldig druk op de Benoni-structuur van tegenstander Emile Wustefeld. Over de partij zelf ga ik verder niets zeggen. Dat is niet nodig, want de analyse staat hieronder. Mijn – schijnbaar – misplaatste commentaar over het gebrek aan bereidheid om zelf de partij in te voeren (uit het vorige verslag) hield geen rekening met de technische problemen die speelden. Ik kan dan ook niet anders dan mijn bewondering tonen voor het snelle aanleveren van onderstaande partij – vele malen vlotter dan dat mijn verslag tot stand komt – en mijn dank betuigen voor het punt dat Auke heeft binnengehaald voor ons droomteam!

Dan bord 6, waar Bas een draak van een partij afleverde tegen Machiel de Heer. Niet alleen was de zwarte opzet gelijkend aan de siciliaanse draak, de  behandeling ervan was ook zodanig dat ik mij van bovengenoemde beeldspraak durf te bedienen. Om een indicatie te geven: ik ben nog nooit zo dankbaar geweest dat we in een kleine zaaltje aan de achterzijde van een café mochten spelen waar de ruimte dermate beperkt is dat de eerste rij van vijf borden haaks staat op de tweede rij van vijf borden. Aan de partij zelf ga ik dan ook niet meer woorden vuil maken dan dat ik mijn handjes dichtknijp voor het halve punt dat eruit voort is gekomen.

Om niet helemaal aan de bijdrage van Bas voorbij te gaan, zal ik er nog een korte anekdote tegenaan gooien,  die ik graag wil aankondigen als 'de klucht van de tas en jas van Bas'. Hoewel Bas een zeer gewaardeerde chauffeur is binnen ons team, heeft hij een zekere reputatie opgebouwd. Zo heb ik niet zelden een met kinderzitjes volgebouwde achterbank aangetroffen, om vervolgens weggestuurd te worden met de mededeling dat er geen plaats meer voor me is in de auto. Allemaal volkomen begrijpelijk, want Bas is een verantwoordelijke vader en wil niets aan het toeval overlaten. Althans, zo keek ik tot vandaag tegen zijn houding aan. De schijnbaar verantwoordelijke houding is voor Bas meer een levensstijl. Thuis is er blijkbaar geen ruimte voor zijn natuurlijke overwicht, want er moet toch wel flink wat gebeuren als je je teamgenoten een plaats op de achterbank aanbiedt, omdat je tas op de bijrijdersstoel moet staan. Natuurlijk zijn hier allerlei nuances aan te brengen. Ik was gelukkig niet een van de passagiers, dat maakt het geheel sowieso al iets vermakelijker, maar ook weet ik wel dat het vanuit Friesland niet heel ver rijden is naar Amsterdam en dat het dan relatief veel moeite is om je tas te verplaatsen. Verder zitten er allemaal pakjes melk en appelsap in die tas, dus een veilige en stabiele plaats is noodzakelijk. Tot een oordeel wil ik dan ook niet komen, dat zou misplaatst zijn in een klucht, maar stof tot overdenking geeft het wel. Tot slot wil ik benadrukken dat ik niet een negatieve sfeer wil creëren. Persoonlijk zie ik het namelijk als een positief punt dat er op de achterbank gewoon ruimte is voor enkele teamgenoten. Voor hetzelfde geld moet daar een jas liggen. Gelukkig vond Bas dat niet nodig. Bas houdt zijn jas wel aan. Ook tijdens het team-etentje in het restaurant.

Deze anekdote hebben we te danken aan onze 7e-bordspeler Jippe, die mij deze informatie in goed vertrouwen gaf. Diezelfde Jippe is een kleurrijke speler , ook tijdens teamwedstrijden. Naar goed gebruik was hij ook vandaag niet vies was van een incorrect offer. Zijn tegenstander Dinand Webbink had veel tijd verbruikt, dus de kans dat het offer wordt weerlegd neemt dan sterk af. Die gedachte, het verkeerd uitrekenen van varianten, of de liefde voor speculatief spel hebben Jippe gebracht tot zijn daden. Nadat het offer niet direct werd weerlegd, had Jippe prachtige compensatie voor de kwaliteit en toen hij zijn e- en f-pion in beweging bracht, hield de zwarte koningstelling geen stand. Al met al een mooie overwinning.

Addy begon de middag niet heel voorspoedig. Na de opening liet hij zich verrassen en kwam een pion achter. Wat actief stukkenspel zorgde ervoor dat hij een gevaarlijke vrijpion creëerde. Zijn tegenstander onderschatte dit en moest vervolgens een stuk geven voor deze vrijpion. Met drie pionnen tegen een loper, en allebei een toren, kwam er nog een eindspel tot stand dat me bijna heel veel geld had gekost. Migchiel wilde namelijk met me wedden dat Addy nog wel zou winnen. Hoewel de witte pionnen niet gevaarlijk waren, leek mij niet dat de pionnen zodanig in de weg zouden staan dat het remise-eindspel van toren-loper tegen toren ineens gewonnen zou zijn. Maar dit remise-eindspel is tevens een berucht eindspel dat tot op het hoogste niveau wordt doorgespeeld tot de 50-zetten-regel er op volgt. Gelukkig had ik deze inschatting razendsnel gemaakt en heb ik de weddenschap vriendelijke geweigerd. De pionnen gingen eraf, wit verdedigde zeer passief met zijn toren en vrij snel sloot het matnet zich. Hulde voor Addy zijn geduld.

Dan zijn we eindelijk aanbeland bij de vervelende situatie waar invaller Wietze zich in bevond. Met een steeds groter wordend plusje en zeer weinig tijd verbruikend, kreeg hij maar niet de gelegenheid om remise te maken en de stad in te gaan. Voor de wat minder trouwe lezer: Wietze valt alleen in als er op het laatste moment een afzegging is, en vandaag was dat het geval. Voor Wietze niet leuk, voor het team ook niet, want er zit maximaal een half punt voor ons in. Eerlijkheidshalve moet ik opmerken dat hij anderhalf jaar geleden bij toeval een overwinning noteerde, maar daar heeft zijn tegenstander heel hard zijn best voor moeten doen. Hoewel dat extra halve punt er destijds voor zorgde dat we als team een gelijkspel tot stand brachten, verstoorde het toch de verhoudingen in het team. Ik heb toen mijn vertrouwen in het team opgezegd en ben een jaartje voor een andere club gaan spelen. Het gaat natuurlijk om het statement dat je maakt en omdat teamcaptain Eddie mij bijzonder miste – dit zal wel niet om schaaktechnische redenen zijn, maar meer dankzij het gebrek aan bereidheid tot stukjes schrijven van andere teamleden – ben ik nu weer terug bij Philidor. Om niet verder af te dwalen: terug naar de partij van Wietze. Eigenlijk heb ik het meeste al wel gezegd. Het plusje werd groter en ging maar niet weg. Er zat zelfs al een winnende combinatie in, dacht Wietze. Gelukkig ontdekte tegenstander Jan Roebers net op tijd zetherhaling. Toen zorgvuldig de claim ten tonele kwam, waarbij driemaal dezelfde stelling op zou treden na het uitvoeren van de nog niet uitgevoerde, maar wel genoteerde zet, vroeg Wietze voorzichtig: “Wil je soms remise?” En tevreden werden de handen geschud.

Dan nog een laatste partij, die de totaalstand brengt op een 8-2 overwinning. Aan bord 10 mocht Jan tegen Jeroen van den Berg aantreden. Jan had zich dit jaar nog niet van zijn beste kant laten zien, maar vandaag keerde het tij. Ik heb de partij helaas maar vluchtig meegekregen. Wellicht kan Jan ons verblijden met een analyse?! Met een kwaliteit voor – jammer genoeg ben ik dus niet in staat te vertellen hoe deze riante voorsprong tot stand is gekomen – zette hij de witte koning verder onder druk en wist de materiaalsprong met een kleine combinatie uit te breiden tot een volle toren. Dat bleek genoeg en het punt konden worden bijgeschreven.

Deze riante overwinning van 8-2 werd nog even gevierd bij een Thais restaurant in Amsterdam. Onwennig door de grote stad of door gebrek aan communicatie waren we Auke nog even kwijt. Vervelend voor Auke, maar simpelweg dom van de rest. In het bijzonder dom van de teamgenoten die nog met hem mee moesten rijden. En ja, daar hoorde ik ook bij. Gelukkig wisten wij onszelf weer te herenigen en hebben we vervolgens lekker gegeten. Een enkeling met zijn jas aan.