HET EERSTE MET DE NATTE HAKKEN OVER DE SLOOT

Door Eddie Scholl

23-04-16
Philidor 1847
2212
-
HWP Haarlem
2215
-
1.
IM Migchiel de Jong
2390
-
FM Jaap de Jager
2408
½
-
½
2.
FM Addy Lont
2285
-
GM Harmen Jonkman
2405
0
-
1
3.
Eddie Scholl
2250
-
FM Bart Gijswijt
2312
1
-
0
4.
Tjapko Struik
2323
-
Juan de Roda Husman
2217
0
-
1
5.
Bas van der Lijn
2263
-
Pieter de Jager
2084
½
-
½
6.
Jan Hania
2146
-
Max Merbis
2176
0
-
1
7.
Jippe Kamstra
2101
-
Jan-Willem van Prooijen
2144
½
-
½
8.
Auke van der Heide
2150
-
FM Aran Kohler
2185
0
-
1
9.
Jan Boersma
2058
-
Rene Duchêne
2118
1
-
0
10.
Erik Sparenberg
2154
-
Indra Polak
2105
1
-
0

 

Al hadden overwinningen in de beide voorgaande ronden de ergste degradatiezorgen weggenomen, helemaal gerust op de goede afloop konden we toch niet zijn. Als HWP uit Haarlem - en dat is in de sterkste samenstelling echt geen slecht team- ons met minstens 3½-6½ zou verslaan, zouden de Haarlemmers ons op de ranglijst passeren en zou de degradatie met een grote mate van zekerheid een feit zijn.

Terwijl uw verslaggever zelf zijn handen vol had om een ongeveer gelijke stelling  in evenwicht te houden, zag hij vanuit zijn ooghoeken dingen gebeuren die het vertrouwen op een goede afloop nu niet direct vergrootten. Na een rustige remise van Bas en een veel minder rustige van Migchiel legden  achtereenvolgens Auke (kwam er niet aan te pas), Jan Hania (miste een fraaie riposte van zijn tegenstander en raakte daardoor danig van de leg) en Tjapko (in een warrige partij, waarin hij normaal gesproken specialist is) het loodje. 1-4 dus als tussenstand  en dat beloofde weinig goeds. Bovendien had Addy, die met GM Harmen Jonkman te maken had, zijn goede openingsspel geen vervolg kunnen geven en mocht ook Jan Boersma zich zorgen maken over zijn niet bijzonder okselfrisse stelling.

Alleen Erik Sparenberg stond met een pion + kwaliteit meer duidelijk gewonnen. Hij had zijn tegenstander zo  omstreeks de 30e zet tactisch te pakken genomen. Jippe had een remiseachtig eindspel op het bord gekregen. Het zou erom spannen of we de benodigde 4 punten wel zouden halen. Gelukkig kreeg ik toen in mijn eigen partij in de tijdnoodfase alle medewerking van mijn tegenstander, die remise versmaadde  en na een reeks miskleunen snel kansloos was. Dat was al een opsteker en een volgende meevaller diende zich een half uur later aan op het bord van Jan Boersma.


foto

Hij liet zich de geboden kans niet ontgaan en daarmee was het degradatiegevaar na de remise van Jippe en de winst van Erik geweken. Dat Addy het niet redde was natuurlijk voor hemzelf vervelend, maar kon onze stemming niet meer echt bederven.


Die stemming steeg nog verder toen de mare door de zaal ging dat het tweede, dat net enigszins moeizaam van het al gedegradeerde Haren had gewonnen, wel eens kampioen zou kunnen worden. De 3½- 2½ tussenstand bij De Twee Kastelen - Spassky’s klonk zeer veelbelovend. En toen het goede nieuws van een 4-4 eindstand tot de barruimte, waarin de Philidorteams zich verzameld hadden, doordrong, bleek het toch nog een gouden Philidordag te zijn geworden, viel iedereen elkaar in de armen en stroomden de tranen en  het bier rijkelijk. Maar ondanks dat bleef bij de spelers van het eerste, later ook onder de slotmaaltijd,  het besef heersen net als vorig jaar heel goed weggekomen te zijn.
Desalniettemin, heren van het tweede, nogmaals proficiat en succes in de 2e klasse!!! De ontembare Celebrities  komen eraan en dat zullen ze hun tegenstanders laten merken, als ze volgend seizoen afgetraind op een gezamenlijke vakantiebestemming en met een hoofd vol openingsnieuwtjes de borden onveilig komen maken!!!!


Het diagram hierboven naast geeft de stand Gijswijt - Scholl in de partij na 28… Dd8. Wit heeft enig initiatief ontwikkeld, maar de stelling is redelijk in evenwicht. Beide partijen hebben nog enkele minuten.
Er volgde: 29.Pxa5 Pxa5 30.Txa5 Txa5 31.Txa5 Txb2 32.Ta7? (Na 32.Pxb2 Dxa5 kan de vrede getekend worden.)  32… Td2 33.Ta3 Db6 (Nu staat wit opeens ongemakkelijk.) 34.e5?? (Maar dit kwam wel als een heel welkome verrassing voor me. Hij opent vrijwillig de poorten van de hemel.)  34… Db7+ 35.Kh3 Pe4 36.Tb3 Da8 (Zwart had meteen kunnen toeslaan met 36… Pg5+ en 37… Dg2, maar ik zag dat wit toch machteloos is tegen de inval van de zwarte stukken.) 37.Dc7 Pg5+ 38.Kh4 De4+ 39.Pf4 Txf2 40.Dd8+ Kh7 41.Dd3 Pf3+  0-1

Stand in de partij Duchène – Boersma na de 44e zet van zwart. Wit staat een pion achter, maar lijkt in de pionnenmeerderheid op de damevleugel een gevaarlijke troef te hebben. Er volgde 45.Pb6??, waarna Jan zijn kans greep met 45… Db3! 46.Te1 Dg3! en mat.
Op het gevreesde 45.c6 kan 45… bxc6 46 bxc6 f5! 47 Df3 Tc2 volgen met een grote plus voor zwart, zo geeft de computer aan. Tijdens de vluchtige analyse na afloop hadden beide spelers alleen naar 45… Ta5 gekeken met remise na 46.c7 Tc5.
Jan haalt naar aanleiding van deze partij een aforisme van Tartakower aan: De overwinning gaat naar de speler die de voorlaatste fout maakt. Dat zou best eens waar kunnen zijn.