IS ER REDEN VOOR PANIEK?


Door Addy Lont

26-11-16
Philidor 1847
2217
-
SSC 1922
2166
-
1.
IM Migchiel de Jong
2374
-
Gerrit Meine Muis
2140
0
-
1
2.
FM Addy Lont
2283
-
Roderick Loeber
2160
½
-
½
3.
Eddie Scholl
2270
-
Jos Nooijen
2108
½
-
½
4.
Tjapko Struik
2293
-
Ashley Krishnasing
2087
1
-
0
5.
Jeroen Weggen
2210
-
FM Reynir Helgason
2334
½
-
½
6.
Erik Sparenberg
2111
-
FM Eric de Haan
2317
½
-
½
7.
Bas van der Lijn
2250
-
Carl Wustefeld
2261
½
-
½
8.
Auke van der Heide
2123
-
Adriaan de Jongh
2189
½
-
½
9.
Jan Boersma
2118
-
Max Viergever
2069
½
-
½
10.
Jan Hania
2139
-
Kevin Rijpert
1994
1
-
0

Michiel de Jong gaat voor het Friesch Dagblad op zoek naar quotes en trapt af met een: “Als we deze partij verliezen liggen we er zeker uit!” Als Eddie het had gezegd dan zou ik direct in de wedstrijd zitten, maar onze aartsoptimist? Verdere verwarring volgt na het zien van de tactische opstelling van Soest: hun hoogste ratinghouders (goed voor 7 nederlagen in hun eerste drie wedstrijden) zitten op de borden 5, 6 en 7. Zo spelen onze eerste vier borden ook tactisch.

Bij ons zit Jan Hania op eigen verzoek zo laag mogelijk, druk met verhuizing/werk/kinderen, weinig geschaakt. Het eerste half uur kan hij tevreden om zich heen kijken, zijn tegenstander is er nog niet. Die gooit vervolgens de Leeuw op tafel. Jan speelt als vanouds in galop en is als eerste klaar. Zie partij.

Daarna volg ik met een laffe remise, nadat ik niets heb gemaakt van een openingsvoordeeltje. Ik ben de eerste van een serie spelers die hun hogere rating niet waar maken. Tijdens mijn partij wordt ik alleen vrolijk als ik naar rechts kijk bij Migchiel. Zijn zwarte pionnen op c3 en b4 hebben een loper op a1 ingesnoerd. “Alles wint”, zou een quote uit Migchiel's gedachten kunnen zijn. Hij is niet oplettend genoeg en laat zijn tegenstander terug slaan. Gaat nu Carlsen's “Ik geloof niet in een fort.” op?

Hierna volgen remises. Eddie heeft verloren gestaan, zegt hij zelf, maar verliest niet. Erik speelt scherp en haalt eeuwig schaak binnen als de zaken precair lijken te worden, niet slecht tegen De Haan. Bas speelt ideeënrijk, offert een pion, pakt die weer terug, lijkt door te drukken. Wustefeld gooit alles op een wanhoopsaanval en dan is één onnauwkeurigheid genoeg om te moeten vluchten in remise. Jan Boersma heeft met zwart een  goede partij gespeeld, tot een intermezzo. Viergever claimt dat iemand (onduidelijk wie) zijn klok in gang heeft gezet. De wedstrijdleider moet er aan te pas komen om via de zettenteller van de klok te laten zien dat er niets onoirbaars gebeurt is. Zo'n gebeuren kan tot rampen leiden, maar de mannen maken direct er na remise.

Na de eerste tijdscontrole: 3,5-3,5. Nog 3 partijen aan de gang. Tjapko staat beter, Jeroen moet zich met een slechte loper in een eindspel verdedigen, Auke's eindspel staat materieel gelijk, maar niet lekker. Tjapko stond niet lang geleden slecht, erg slecht. Alleen een hersenschim stond tussen zijn veel lager gerate tegenstander en een nederlaag in. Nu staat hij een paard tegen 2 pionnen voor. Er komt nog wat rekenwerk aan te pas en dan staan we weer voor. Dat zal niet lang duren, want Auke is één van zijn drie pionnen kwijt, geeft een tweede weg en biedt dan ook de derde aan. En laat die nu net te veel zijn. Auke pakt een gedekte pion terug, mogelijk gemaakt vanwege een paardvork. Resteert een eindspel van 2 geblokkeerde h-pionnen met een paard en loper, tegen Auke's paard en loper. Onze man houdt het soeverein remise. En dan onze echte matchwinner. Jeroen speelt tegen hun sterkste man. Hij komt in een minder eindspel van zwakke loper tegen sterk paard. Alleen met de juiste concentratie kan dit te houden zijn, want de IJslander kan dit héél lang proberen. Jeroen verdedigt zo goed, dat er op het eind nog een verborgen winst in zit. Even later geeft hij zijn betere stelling in deze worstelpartij remise en is de wedstrijd binnen. Zie partijfragment.

Nog 5 ronden te gaan, waarbij we alleen in ronde 8 tegen BSG op voorhand de mindere zijn. Er is nooit reden voor paniek.