EEN FANTASTISCHE ONWAARSCHIJNLIJKE ONTKNOPING

Door Siem van Eijk

17-01-17
Philidor 4
1618
-
NEO
1615
-
1.
Sake Algra
1565
-
Sjoerd Hoekstra
1967
0
-
1
2.
Erik van der Lee
1788
-
Hans Kloosterman
1798
½
-
½
3.
Leo van Maanen
1625
-
Klaas Dijkstra
1723
½
-
½
4.
Pieter Hoekstra
1664
-
Henk Kooistra
1559
0
-
1
5.
Siem van Eijk
1664
-
Ruurd Kooistra
1437
1
-
0
6.
Kees van Straten
1556
-
Adri Raap
1499
1
-
0
7.
Derk Stegeman
1545
-
Marc de Jager
1449
½
-
½
8.
Pieter Ploeger
1537
-
Johan Broens
1488
1
-
0

                                    
De westrijd kende een fantastiche onwaarschijnlijke ontknoping. De volgende dag kreeg ik een mail, waarin dit werd ontkracht. Maar dit later. Het vierde moest eigenlijk winnen om zeker te zijn van “handhaving”. Dit is gelukt, maar hoe...?.

Abe zegde op het laatste moment af. Gelukkig was Pieter Ploeger bereid om in te vallen. Gelukkig maar, want hij heeft soms een engeltje op zijn schouder zitten en daar kan hij heel goed mee over weg. Sake speelde tegen Sjoerd Hoekstra. En dat deed hij goed. Hij verloor een pion en een kwaliteit, maar wist de kwaliteit op een leuke manier terug te winnen. Het toen ontstane eindspel werd door mij als remise beoordeeld. Helaas deed hij een verkeerde zet en kon opgeven. Toch een goed gespeelde partij. Erik kwam remise overeen. De partij is mij eigenlijk ontgaan.

Leo speelde ook remise. Hij had een loper tegen 2 pionnen. Het was een moeilijk te beoordelen stelling. Nam voor de zekerheid remise. Pieter Hoekstra kreeg een overwegende stelling. Hij offerde een loper op g7. Maar dat pakte verkeerd uit. Het kostte uiteindelijk een paar stukken, waarna hij kon opgeven.

Siem wist af te wikkelen naar een stelling waarin zijn tegenstander eigenlijk geen vin kon verroeren. Een verschrikkelijk manke loper en een dame die alleen maar in verschillende standen voor de koning kon staan. Na winst van een pion en afruil van de dames was het gedaan. Kees kende zijn tegenstander. Misschien wel te goed. Deze bood op een gegeven moment remise aan. Kees antwoordde: voel je je wel goed?, waarop beiden moesten lachen. Maar Kees lachte het laatst. Een mooie matcombinatie leverde damewinst op.

Derk kwam twee keer vragen of hij remise mocht aannemen. Beide keren had hij een stelling waarin hij niet slechter stond. Doorspelen dus maar, want op de andere borden zag het er niet naar uit dat het een overwinning zou worden. Bij de stand 3-3 toch remise gegeven. Het was toen 3,5 – 3,5.

Pieter Ploeger, onze invaller met het engeltje, speelde nog. Hij stond een pion voor, maar het zou nog wel wat moeite kosten om te winnen. Uiteindelijk na wat gemanoeuvreer ontstond een toreneindspel, waarin Pieter een pion meer had. Toen liet zijn opponent een verschrikkelijke knol los. Dat verwacht je van paarden, maar niet van torens. De toeschouwers staarden met verbazing naar het bord. Toren g6??? Pieter kon die toren gewoon ruilen. Txg6. Waarna hxg6. Dan pion naar h6 en de zwarte koning kon alleen met een verrekijker zien hoe “schoon”de dame was na promotie. Dit deed hij niet. Sommige omstanders hadden het zweet op hun voorhoofd staan. Toen na een paar snelle afruilen, in tijdnood, ontstond een “pot”-remise stelling. Toen... gaf zijn tegenstander op. In de drukte rond het bord kon ik en velen met mij het gebeuren op het bord niet meer volgen, maar ja, de winst was binnen. Door het snelle zetten in tijdnood, van voornamelijk de tegenstander, ontstond enige verwarring, omdat meteen de stukken werden teruggezet en die stelling inderdaad remise was.

De volgende dag kreeg ik een mailtje van Pieter. Bij alles wat analyse genoemd kon worden, was uitgegaan van een verkeerd stelling, pion op e7 in plaats van op e6. Inderdaad dan is het gewonnen.
Toch vond ik dit “einde”prachtig. Leuk toch, die engeltjes.