|
Rating
|
Rating
|
|||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Jong de, S.F.J. (Siegbert) | 1909 | Kolijn, D. (David) | 1901 | ½ – ½ | ||
| Kruit, E.A. (Erik) | 1929 | Hagen, S.C. (Carlijn) | 1816 | ½ – ½ | ||
| Hoekstra, P. (Pieter) | 1827 | Kremer, K. (Kaj) | 1804 | ½ – ½ | ||
| Eijk van, S.G. (Siem) | 1774 | Hardeman, I. (Imara) | 1800 | ½ – ½ | ||
| Wit de, J. (Jim) | 1767 | Kolijn, S. (Simon) | 1680 | 0 – 1 | ||
| Brinksma, P. (Pieter) | 1681 | Duindam, H. (Hedde) | 1589 | 0 – 1 | ||
| Maanen van, L. (Leo) | 1647 | Urban, T. (Tobias) | 1366 | 1 – 0 | ||
| Zeng, H. (Henry) | 0 | Urban, H. (Hannah) | 1406 | 1 – 0 | ||
| Gemiddelde Rating: | 1791 | Gemiddelde Rating: | 1670 | 4-4 |
De eerste thuiswedstrijd van dit seizoen én in de nieuwe speellocatie vond plaats tegen een jeugdig team van de Paardensprong. Een team met allemaal spelers onder de achttien jaar en de twee jongste spelers van 11 jaar, dat komt niet vaak voor in de KNSB. Wat ook niet vaak voorkomt is de jongste speler en debutant Henry met een leeftijd van zeven jaar, het zou mij en anderen niet verbazen als hij de jongste speler ooit in de KNSB zou zijn. Ook Jim is met negen jaar een fenomeen. Daarnaast is het opvallend is dat beide spelers zeer rustig, bijna professioneel spelen, dit belooft veel voor de toekomst.

Het wedstrijdverloop was veel gelijkmatiger dan op basis van het ratingverschil verwacht kon worden. Het lijkt erop dat de werkelijke speelsterkte van deze jonge spelers veel hoger is dan de officiële speelsterkte.
Pieter Hoekstra was als eerste klaar, na een Siciliaanse opening was het na zeventien zetten remise door zetherhaling, ½-½.
Henry begon met 1.c4 en kreeg een groot overwicht in het centrum. Dit resulteerde in stukwinst voor zover ik het kon zien en daarna pionpromotie. Het eindspel van dame plus koning tegen de koning werd keurig uitgespeeld. De eerste overwinning in de KNSB was daarmee binnen en het zal niet de laatste zijn, 1½-½.

Siem speelde een Caro-Kann en kreeg de kans voor de opmars f4 – f5 – f6. Het
resulteerde in een stelling , waarin de tegenstandster een geïsoleerde
pion op d5 kreeg. Normaal gesproken zou hij die pion gaan winnen. Dan was er
uiteindelijk een toreneindspel op het bord gekomen met een pluspion. Siem speelde echter te snel, zag Tc4 over het hoofd zag en had waarschijnlijk moeten verliezen. Maar Imara behandelde het eindspel niet geheel correct, waardoor het toch nog remise werd, 2-1.
Ik speelde zelf voorzichtig tegen Tobias die zelf bescheiden begon met e3 en d3. Na tien zetten ontstond een stelling die ook uit het Slavisch kan ontstaan. Het ging lang gelijk op en ook nadat ik een pion won was er nog niet veel aan de hand, Tobias speelde zeer degelijk en ik berustte al in remise. Een foute zet met het paard van Tobias kostte nog een pion en het eindspel van dame en vijf pionnen tegen dame met drie pionnen was uiteindelijk voor wit gewonnen, 3-1.
De andere Pieter speelde een Slavische opening en hij stond goed een toren en drie lichte stukken tegen twee toren en één licht stuk. Door een domme fout gaf hij een stuk weg en daarmee ook de partij, 3-2.
Na de Engelse opening stond Jim goed met een actief centrum vol met witte stukken. Ik rekende al op een overwinning maar Simon kreeg een heel vervelend paard in datzelfde centrum wat voor zover ik het kon zien een stuk en de partij kostte. Jammer maar Jim heeft een uitstekend debuut in het derde op het vijfde bord, 3-3.
Erik en Carlijn waren lang bezig en in het eindspel met dame tegen toren met drie verbonden vrijpionnen gaf ik Carlijn de meeste kansen. Erik:
Ik was tevreden over de opening en kwam rond uit goed te staan.
In onderstaande stelling kwam ik plus 5 te staan, maar ik miste het loper-offer op g7.

29… Qd8 ( Er kan volgen… 30. Bxg7 Kxg7 ( 30… Rb4 31. Rxb4 Bxb4 32. Qg3 Qd6 33. Be5+ Qg6 34. Qf4 Bc5+ 35. Kh2 a3 36. c7 a2 37. d6 Bxd6 38. Bxd6 ) 31. Qd4+ f6 32. Rg4+ Kf7 33. Qe4 Bc5+ 34. Kh1 Qc8 35. Qxh7+ Ke8 36. Rg8+ Bf8 37. Re1+ )
30. Qf3 f6 31. Bd4 ( Slaan op d6 was hier beter geweest. Bv. 31. Bxd6 Qxd6 32. Rc1 a3 33. Re6 Qb4 34. c7 ) 31… a3 32. Qg4 ( Hier had ik toren naar g4 moeten spelen met bv. 32. Rg4 (32… Kh8 33. Tg7) Be7 33. Qg3 Qf8 34. c7 ) 32… Kh8 33. Re6 33… a2 34. Qe4 Rb4 Hier heb ik me zelf met een paar slechte zetten in de problemen gebracht. 35. c7 Bxc7 36. d6 Bb6 Met de laatste zet van zwart krijg ik weer lucht en spelen we een gelijke partij. 37. d7 Bxd4+ 38. Kh1 Rbb8 39. Re8+ Qxe8 40. dxe8=Q+ Rxe8 41. Qxd4 Reb8 42. Qa1 Rb4 43. g3 h6 44. Kg2 Ra3 45. Kh2 Rbb3 46. Qc1 Rxg3 47. Qc8+ Kh7 48. Ra1 ( 48. Qf5+ ) 48… Rgc3 49. Qf5+ Kh8 50. Qf2 Rd3 51. Rxa2 Rh3+ 52. Kg2 Rxa2 53. Qxa2 Rxh4 54. Qe6 h5 55. Kg3 Rg4+ 56. Kh3 Rg5 57. Kh4 Kh7 58. Qd7 Re5 59. Qd3+ Kh6 60. Qd6 g5+ 61. Kg3 h4+ 62. Kg2 Kg6 63. Qf8 g4 64. Qg8+ Kf5 65. Qh7+ Kf4 Volgens de computer sta ik nu ineens op +2.6. Natuurlijk kan ik hier de pion pakken op h4, maar ik had niet verwacht dat dit zo’n groot voordeel zou zijn. Ik ben na 66. Qh6+ Kf5 67. Qh5+ Kf4 68. Dh6 Kf5 69. Dh5 remise overeengekomen. Ik had hier volgens de computer juist nog door kunnen spelen, maar in mijn ogen zat er geen winst meer, 3½ -3½.

Siegbert is dit seizoen een nieuwe gewoonte aan het ontwikkelen, zelfs Oene was al klaar, en was als laatste lang bezig om er een remise uit te slepen, in zijn eigen woorden:
In het middenspel gaf ik zomaar twee pionnen weg tussen zet 27 en 31. Bij een tussenstand van 3½-3½ zat ik zodoende opeens in een toreneindspel met twee pionnen minder. Gelukkig wist mijn tegenstander zich geen raad met de luxe waarin hij verkeerde. Bovendien had hij voor bijna elke zet slechts een halve minuut bedenktijd. Het beste wat je dan kunt doen is eerst één pion terugwinnen en dan nummer 2. Toen wit inzag dat hij zijn laatste pluspion ook nog zou verliezen, bood hij remise aan, 4-4.
Het was al met al een leuke wedstrijd met veel spelers waar we later nog veel meer van zullen horen.