door Jan Boersma
Er staat ons nog een spannende slotronde te wachten tegen ASV uit Arnhem. We deden wat van ons verwacht mocht worden; met 6,5 -3,5winnen tegen hekkensluiter Aalsmeer. In de laatste ronde is een gelijkspel genoeg voor handhaving in de 1e klasse. Doordat Messemaker deze ronde verloor, staan we nu een matchpunt en heel veel bordpunten voor op de Gouwenaren.
07-04-18 |
AAS |
2077 |
– |
Philidor 1847 |
2211 |
3½-6½ |
1 |
Jeffrey van Vliet |
2334 |
– |
Migchiel de Jong |
2385 |
1 – 0 |
2 |
Johannes Rudolph |
2330 |
– |
Tjapko Struik |
2272 |
1 – 0 |
3 |
Paul Schrama |
2207 |
– |
Addy Lont |
2232 |
0 – 1 |
4 |
Marc Trimp |
2173 |
– |
Eddie Scholl |
2259 |
1 – 0 |
5 |
Aldert-Jan Keessen |
2180 |
– |
Bas van der Lijn |
2217 |
0 – 1 |
6 |
Simon Groot |
1982 |
– |
Jeroen Weggen |
2219 |
0 – 1 |
7 |
Jasper van Eijk |
2029 |
– |
Erik Sparenberg |
2184 |
½ – ½ |
8 |
Ben de Leur |
1913 |
– |
Jan Hania |
2134 |
0 – 1 |
9 |
Peter Poncin |
1983 |
– |
Auke van der Heide |
2116 |
0 – 1 |
10 |
Martin van Zaanen |
1640 |
– |
Jan Boersma |
2091 |
0 – 1 |
Hoe ging het allemaal in zijn werk? Al vrij snel kwamen wij met 3-0 voor te staan. Allereerst was het Bas van der Lijn die met zijn vernieuwde openingsrepertoire met wit het volle punt binnenhaalde. Na een moeilijke opening wist hij de partij naar zijn hand te zetten. Hij bekroonde het geheel met een prachtige slotcombinatie (1-0).
Vervolgens wist Jan Boersma met zwart in een Gesloten Siciliaan na een tactische fout van wit zijn tegenstander te overmeesteren. (2-0).
Ook Jan Hania tekende voor een vol punt met zwart. Zijn tegenstander meende een pion b4 te kunnen geven in een Botwinnik-opstelling met de bekende pionnendriehoek c4, d3 en e4. Maar hij zag de pion niet meer terug, sterker nog, tenslotte moest hij nog meer materiaal inleveren om een mataanval van Jan Hania te voorkomen (3-0).
Eddie Scholl was minder fortuinlijk. In een Siciliaanse Taimanov- opstelling met zwart koos de witspeler voor een Maroczy-opstelling met de pionnen op c4 en e4 en fianchetteerde hij de loper naar b2. Eddie had niet het juiste antwoord paraat en verloor zonder voldoende tegenspel te hebben gehad (3-1).
Ook Tjapko had het met zwart moeilijk in een Bogo- Indische partij. Wit kreeg de overhand in het centrum en wist een belangrijke pion te winnen, waarna het voor Tjapko bergafwaarts ging (3-2).
Het leek nog spannend te worden want Migchiel gaf zijn duidelijk gewonnen stelling door te haastig te zetten uit handen; hij had nog ruim voldoende tijd en een grote materiële voorsprong. Uiteindelijk zou hij de partij na lange strijd zelfs verliezen, dit nadat hij zijn dame had moeten inleveren.
Inmiddels was Erik Sparenberg remise overeengekomen. Er bleef uit de Siciliaanse Drakenvariant een toreneindspel met loper tegen paard en pionnen over. Wel maakte de tegenstander van Erik een ernstige fout. Erik had op een gegeven moment door een schaakzet met de loper een toren kunnen winnen, maar zag het niet met nog maar weinig tijd op de klok (3,5 -2,5).
De andere partijen leken op remise af te koersen. Auke had een pion meer had met ongelijke lopers en ook Addy wikkelde af naar een eindspel met ongelijke lopers met een pion meer. Jeroen kreeg een dubbeltoreneindspel met pionnen op het bord. Deze resterende partijen stonden echter borg voor een cursus eindspelen uit de serie “Het eindspel” van Euwe en Haije Kramer.
Allereerst wist Auke het remise staande eindspel te winnen, omdat de tegenstander de twee verbonden vrijpionnen met de loper van achteren probeerde te stoppen, maar dat werkt zo niet. Op elegante wijze werd de koning van de opponent afgesneden van het promotieveld van een van de pionnen ( 4,5 -2,5).
De overwinning kon ons toen, gezien de stand van de overige partijen, niet meer ontgaan. Weliswaar gaf Migchiel zijn partij op (4,5-3,5), maar Addy maakte het vakkundig af en won het ongelijke lopereindspel overtuigend. Daarvoor had hij met wit een voorbeeldige partij gespeeld tegen de Tartakower-variant van het Damegambiet (5,5 -3,5).
Tenslotte wist ook Jeroen Weggen met zwart na een Caro Kann- opening de partij naar zich toe te trekken. Het dubbele toreneindspel mondde uit in een toren- tegen- toren- eindspel met een f- en h-pion voor Jeroen. Zeer sterke spelers en eindspelspecialisten weten precies hoe ze dat eindspel remise kunnen houden als de koning nog voor de pionnen staat. Maar dat wist de tegenstander van Jeroen niet (6,5-3,5).